De geschiedenis van Berghem
6. Het einde van de gemene gronden
In de loop van de 18e eeuw werd steeds duidelijker dat de raadkamer in de kerktoren niet meer aan de eisen voldeed. De schepenen van Berghem dienden bij de Raad van State in Den Haag het verzoek in om de gemeenschappelijke gronden te mogen verkopen. Na 1648 was het hoogste gezag van Brabant niet meer in Leuven of Brussel gevestigd maar in Den Haag.
Op 6 juni 1773 verleende de Raad van State toestemming voor de verkoop van 150 morgen gemene gronden op het Gement. Veel Berghemse boeren, die grote behoefte hadden aan goede landbouwgrond kochten er een of meer ‘kampen’. Tot aan de ruilverkaveling aan het einde van de jaren vijftig van deze eeuw hadden alle Berghemse agrariërs van enig aanzien land op de Gement in bezit. De gronden brachten f. 4800,- op. De helft moest worden uitbetaald aan het bestuur van Oss, dat mede-eigenaar was. Het nadeel van het verkopen van de gemeenschappelijke gronden was dat veel kleine boeren gedupeerd werden de weidegrond voor het vee ging verloren. Dat betekende voor de kleine boeren een nog grotere toename van de armoede. Veel van deze keuterboeren werden in een klap gedegradeerd tot landarbeider of boerenknecht. Het hoeden van hun weinige rundvee geschiedde daarom voortaan langs dreven, stegen en landwegen, waarvan ’s zomers de zijkanten rijkelijk met gras waren begroeid. Tot 1945 zou dit hoeden van het vee langs de openbare wegen in Berghem voort blijven bestaan!
Voor het geld dat Berghem ontving kon het een nieuw raadhuis bouwen dat natuurlijk vlak bij de oude raadkamer (de toren) kwam te staan en wel op de hoek St. Willibrordusstraat-Pastoor van Teteringstraat op de plaats waar thans de apotheek is gevestigd. Eveneens kon voor het geld, naast de kerk, een nieuwe school met schoolhuis worden gebouwd.
7. Berghem een zelfstandige gemeente
Uit het bovenste moge blijken dat Berghem zeker al vanaf omstreeks 1100 een eigen schepenenbank had en daardoor als een zelfstandig dorp kon doorgaan. Met Oss had Berghem een speciale verhouding. Twee zaken bleven steeds aanleiding geven tot conflicten tussen Oss en Berghem nl. de gemeenschappelijke gronden en het recht van schouw op de wegen. Dit laatste werd door de schepenen van Oss in Berghem uitgeoefend. Het conflict over het Gement werd bijgelegd in 1774, door de opbrengst van de gemene gronden eerlijk te verdelen tussen Berghem en Oss. In 1798 zag Oss af van het schouwrecht op de wegen van Berghem.
Berghem vormde dus vanaf 1100 een zelfstandig dorp, al bleef het hinderlijke schouwrecht van de Osse schepenen Berghem tot 1798 achtervolgen. Op kerkelijk gebied werd Berghem in 1677 een zelfstandige parochie en kwam daarmee vanaf dat jaar op eigen benen te staan.
De gemeentelijke herindeling in Noordoost-Noord-Brabant die in 1994 plaats vond brengt Berghem en Oss weer bestuurlijk bij elkaar. Dit zal een nieuwe periode betekenen voor de bewoners van beide gemeenten. Mede daardoor is het een gelukkig gebeuren, dat in Berghem vanaf 1992 een eigen heemkundige vereniging is opgericht met de naam ‘Berchs-Heem’. Daardoor kunnen kennis en gegevens uit het verleden nog meer onderstreept worden en daardoor kan de waardering voor de rijke geschiedenis van Berghem en de wijde omgeving alleen maar toenemen.
Auteur: Drs. Lambert van den Heuvel